't Hof
Raadsbesluit van 21 juli 1952
Deze fraaie laan, met aan het zuidoostelijke gedeelte aan beide zijden eiken, leidt vanuit de Dijkstraat naar het Richtershuis.
Dit huis werd omstreeks 1675 gebouwd door Christiaen Stumph, destijds landschriever van Lichtenvoorde, die getrouwd was met Maria van Diemen.
Nabij het pand bevonden zich destijds de gracht en de brouwerij van de Heer van Lichtenvoorde.
Hun zoon, Frederik Hendrik Stumph, huwde in 1740 zijn nicht Sijbilla Catharina Stumph uit Bredevoort en werd in 1720 benoemd tot landschriever van Lichtenvoorde.
Ook zij betrokken het Richtershuis. Uit hun huwelijk werden twee dochters geboren: Maria Catharina en Charlotte Helena.
Op 5 september 1735 brak een grote brand uit, waarbij een groot aantal woningen volledig afbrandde. Het Richtershuis bleef echter gespaard, doordat het solitair aan de rand van het dorp stond.
Bovendien was het opgetrokken uit baksteen en voorzien van een pannendak, wat extra bescherming bood.
Na het overlijden van F.H. Stumph in 1747 hertrouwde zijn weduwe in 1751 met G.H. Huender, die bij haar introk.
Financieel ging het hen echter niet voor de wind.
In 1754 verkochten zij de helft van het huis, inclusief de schuur, de vaalt, het hofje en de where, aan Bartel ten Bosch.
Op de andere helft, evenals op een stuk grond met daarop een schuur aan de Vragender Dijk, werd op 24 februari 1759 beslag gelegd.
Uiteindelijk werd het op 8 februari 1764 verkocht aan de weduwe Huynink-te Bengevoort.
In 1798 ging het eigendom over op Roelof Buijnink. Sindsdien is het Richtershuis in bezit gebleven van deze familie.
