In het voorjaar van 1887 kreeg Hendrik Johan Lambert Ovink (6-10-1836 – 9-10-1924) de opdracht van de gemeente Lichtenvoorde om een school te ontwerpen.
De aanneemsom in die tijd bedroeg fl. 15.240 gulden.
De eerste steen werd op 29 september 1887 gelegd door burgemeester G.R.C. Raupp.
Het was tot dan toe de enige school in Lichtenvoorde waar les werd gegeven aan zowel hervormde als katholieke kinderen.
Dit tot ergernis van meneer pastoor, die liever katholiek onderwijs zag in Lichtenvoorde.
Op 8 december 1909 werd door pastoor Sanders, als voorzitter van het kerkbestuur, naar voren gebracht dat hij er veel voor voelde om een ‘bijzondere’ school op te richten. Hij doelde daarmee op een school voor katholiek onderwijs.
Hij stelde voor de Openbare Lagere School (Den Diek) van de gemeente aan te kopen.
Het kerkbestuur zag daar, op aanraden van het bisdom, echter van af.
In plaats daarvan werd in 1911 op het terrein rondom de Bonifatiuskerk een meisjes- en een jongensschool gebouwd.
Het laatste hoofd van de OLS was meester Ten Broeke, die woonde in het meesterhuis naast de school.
Na 1912 ontstond het katholieke onderwijs in Lichtenvoorde.
Hierdoor liep de openbare school letterlijk en figuurlijk leeg.
De overgebleven leerlingen waren protestant of hadden geen geloofsovertuiging.