Staringstraat
Raadsbesluit van 9 November 1965
>>De rijpe Kennis hoort, De onrijpe neemt het woord.
A.C.W. Staring
Antoni Christiaan Wynand Staring (Villa De Bingenborg, Gendringen, 1767 – Landgoed De Wildenborch, Vorden, 1840) was een landbouwkundige en dichter.
Jeugd en opleiding Staring groeide op in Doetinchem, Zutphen en voornamelijk bij zijn oom J.G. Staringh in Gouderak, waar deze predikant was. Dit kwam doordat zijn vader, die bij de V.O.C. werkte, vaak buiten Nederland verbleef en zijn moeder zich regelmatig bij hem voegde.
Na het doorlopen van de Latijnse school studeerde Staring rechten aan de Universiteit van Harderwijk. Vervolgens ging hij naar Göttingen (Duitsland), waar hij zich verdiepte in de landbouwkunde.
In 1791 trouwde hij in Almen met Everdina van Löben Sels. Het paar ging wonen op het familielandgoed De Wildenborch. Drie jaar later overleed Everdina, waarna Staring in 1797 te Maarssen hertrouwde met J.A.C. van der Muelen, een nicht van zijn eerste vrouw.
Hoewel Staring weinig affiniteit had met politiek, bekleedde hij toch enkele publieke functies. In 1805 werd hij lid van de Commissie van Landbouw in Gelderland, maar zijn hart lag vooral bij de landbouw en de poëzie.
Zijn eerste dichtbundel, >>Mijne eerste proeven in poëzy (> 1786), markeerde het begin van zijn literaire carrière. Staring wist verschillende episoden uit de Gelderse geschiedenis om te zetten in populaire balladen.
Voorbeelden hiervan zijn:
> Eduard van Gelder , >Hertog Arnoud in den kerker ,>>Eleonora binnen Nijmegen Met deze gedichten bracht hij het Gelderse verleden weer tot leven.
In zijn laatste levensjaren produceerde Staring weinig nieuw werk. Op 12 augustus 1840 werd hij getroffen door een beroerte, waaraan hij zes dagen later, op 18 augustus 1840, overleed. Hij werd begraven in Vorden.