In 1997 kreeg de Archeologische Werkgroep Lichtenvoorde (AWL) de kans om een opgraving uit te voeren op de Ganzenmarkt, een locatie in het historische centrum van Lichtenvoorde. De aanleiding was de geplande sloop van een oude schuur, waaronder een deel van de vroegere kasteelgracht werd vermoed. Dankzij deze opgraving werd een belangrijk deel van de middeleeuwse stadsstructuur blootgelegd en beter gedocumenteerd.
Uit historische kaarten en eerdere opgravingen was al bekend dat Lichtenvoorde ooit omringd was door een gracht die het kasteelterrein scheidde van de nederzetting. De opgraving bij de Ganzenmarkt bevestigde dit: archeologen troffen meerdere beschoeiingslagen aan, wat wees op langdurig gebruik en onderhoud van de gracht.
Tijdens de opgraving werden drie opeenvolgende beschoeiingen ontdekt, wat erop wijst dat de gracht door de eeuwen heen steeds smaller werd door instorting en opvulling. In de 19e eeuw werd de gracht uiteindelijk gedempt, vermoedelijk om hygiënische redenen. Dit werk werd uitgevoerd door omwonenden, wat de grote hoeveelheid puin en afval uit die periode in de bovenste lagen verklaart.
De vondsten uit de gracht weerspiegelen het dagelijks leven in Lichtenvoorde door de eeuwen heen. Er werden grote hoeveelheden steengoed uit Vreden aangetroffen, waaronder voorraadpotten, kruiken en een pispot die grotendeels gereconstrueerd kon worden. Een paar opvallende objecten waren een 17e-eeuws zalfpotje en een houten mesheft, dat volledig was omwikkeld met koperblik.
Daarnaast werden verschillende borden van Delfts wit en majolica gevonden. Een van deze borden bevatte een spreuk: "Doet wel die geene die U haten", een zeldzaam voorbeeld van decoratief aardewerk met een religieuze of morele boodschap. De oudste vondsten uit de gracht bestonden uit fragmenten van 14e-eeuws steengoed uit Siegburg. Dit wijst erop dat de gracht al in de late middeleeuwen in gebruik was.