Kardinaal de Jongstraat
Raadsbesluit van 28 juni 1956
Kardinaal de Jongstraat is genoemd naar:Johannes (Jan) de Jong, Nes op Ameland 1885-Amersfoort 1955, ontving zijn priesteropleiding in Culemborg en Rijsenburg.
Na zijn priesterwijding, in 1908,studeerde hij in Rome wijsbegeerte en godgeleerdheid, waarin hij promoveerde.
Terug in Nederland kreeg hij de leerstoel kerkgeschiedenis aan het seminarie
Rijsenburg aangeboden.
In die periode kwam zijn standaardwerk handboek der kerkgeschiedenis (vier delen) tot stand, dat voor de priesters in opleiding een verplicht studieboek werd.
In 1935 werd hij benoemd tot coadjutor van de aartsbisschop.
Als wapenspreuk koos hij Dominus mihi adjutor (De Heer is mijn Helper). Een jaar later werd hij tot aartsbisschop van Utrecht benoemd.
Gedurende de bezetting gaf De Jong leiding aan het kerkelijk verzet.
Zo vaardigde hij een door Titus Brandsma ontworpen verbod uit over het opnemen van NSB-advertenties in de rooms-katholieke dagbladen.
Na de bezetting werd hij in februari 1946 door paus Pius XII tot kardinaal verheven.
Gedwongen door zijn zwakke gezondheid ging hij in 1951 met emeritaat.
Hij
overleed in Amersfoort op 8 september 1955