Hulshofstraat, H.A.: kern E3
Raadsbesluit van 11 februari 1941
De H.A. Hulshofstraat is vernoemd naar Hendrikus (Henry) Antonius Hulshof (Lichtenvoorde, 1858 – Lichtenvoorde, 1914). Op advies van zijn vader stichtte Henry in 1876 een leerlooierij. Twee jaar later trad zijn jongere broer Herman als compagnon toe tot het bedrijf. De fabriek kreeg de naam "H.A. Hulshof en Co."
Het eerste bedrijfspand stond op de hoek van Op den Akker en de Molendijk, aan de oevers van de Molenkolk. Voor de productie werd water uit deze kolk gebruikt, waarin zich afvalresten bevonden die vrijkwamen bij het looien.
Dit water stroomde in zuidelijke richting naar het lagergelegen Broek.
Aan de noordzijde van de kolk stond de Oude Molen, waar de huidige Molendijk naar is vernoemd.
In 1880 vroeg Hulshof bij het gemeentebestuur een vergunning aan om op het Klugtjen, een stuk kampgrond aan de Aaltenseweg, een nieuwe looierij annex schoenmakerij te bouwen.
Die aanvraag werd gehonoreerd.
Voor Lichtenvoorde betekende dit een soort "micro-industriële revolutie", omdat zelfstandige schoenmakers – meestal eenmansbedrijfjes met hooguit een of twee knechten – de concurrentie met de grootschalige schoenproductie niet aankonden.
Als gevolg daarvan moesten enkele van deze kleine bedrijven hun deuren sluiten. Alleen het repareren van schoenen kon nog ambachtelijk worden voortgezet.
In de daaropvolgende jaren werd het bedrijf gestaag uitgebreid.
Eind 1892 werd een 6 pk-stoommachine van het merk Backer & Rueb in gebruik genomen.
Dit had grote gevolgen voor de zelfstandige schoenmakers, vooral toen in 1897 een nieuwe, modern uitgeruste schoenfabriek werd geopend.
Door de snellere productie moesten nog meer schoenmakers hun hamer en klinkvoet aan de wilgen hangen. Toch verbeterde de situatie voor degenen die in dienst traden bij Hulshof: hun verdiensten bleven gelijk of stegen, en hun werkdagen waren korter dan voorheen.
Door de voortdurende uitbreiding van het machinepark werd in 1908 een 110 pk-zuiggasmotor in gebruik genomen.
Dit was hard nodig, want een jaar later werd een nog grotere schoenfabriek geopend. De motor dreef niet alleen de machines in de looierij en schoenmakerij aan, maar voorzag ook alle afdelingen van het bedrijf én een deel van oostelijk Lichtenvoorde van elektriciteit.
Na verdere uitbreidingen en een periode van personeelswerving in Brabant (1910-1915) droeg Henry het bedrijf over aan zijn zoon Herman.
Na Henry’s overlijden werkte Herman nog korte tijd samen met zijn vaders compagnon, maar in 1918 gingen ze uit elkaar.
De compagnon startte een zoolleerfabriek aan de Lievelderweg (bekend als De Chef), terwijl Herman onder de naam "H.A. Hulshof’s Vereenigde Fabrieken" aan de Aaltenseweg verderging.
Herman loodste het bedrijf door de moeilijke jaren twintig en dertig en door de bezettingsjaren van de Tweede Wereldoorlog. In 1952 trad de derde generatie aan: Harry Hulshof, die kort daarvoor als econoom was afgestudeerd aan de Katholieke Hogeschool in Tilburg.
Op 19 juni 1976 werd het honderdjarig bestaan van het familiebedrijf herdacht. Ter gelegenheid daarvan ontving het bedrijf het predicaat "Koninklijk". Momenteel wordt het bedrijf geleid door Herman Hulshof, de achterkleinzoon van de oprichter. In 2001 werd het 125-jarig bestaan gevierd, inclusief de publicatie van een jubileumboek over de bedrijfsgeschiedenis.
Tegenover de H.A. Hulshofstraat ligt nog een weggetje dat vroeger bekendstond als het Voetpad door het Hooiland, ook wel het Herwaltdiekske genoemd. Door de aanleg van de Rubensstraat is het noordelijke deel van dit pad komen te vervallen.