Flierdijk
Raadsbesluit van 21 Oktober 1957
De onverharde Flierdijk is vernoemd naar de vlierboom, een snelle groeier die goed gedijt op vochtige gronden.
De gewone vlier, in het Latijn de Sambucus niger, komt in onze gewesten veel voor en kan drie tot zes meter hoog worden.
Het hout bezit wit merg dat goed verwijderbaar is. Jongens die handig zijn kunnen van een recht stuk tak een goedwerkende proppenschieter maken, in het Achterhoekse dialect fletterbusse genoemd.
De geelwitte bloemen van de vlier staan in vlakke tuilen bijeen en groeien uit tot zwarte steenvruchtjes, vlierbessen genoemd.
Die bessen zijn eetbaar, maar smaken wrang. Ze zijn zeer geschikt om er wijn of jam van te maken.
Een deel van het gebied waarin deze dijk is aangelegd heet het Vlier.
De betekenissen ervan: drassig land en moerasveen
